Aanpassing, planning en veerkracht voor de gezondheid

Sinds de ondertekening van het Akkoord van Parijs in 2015 is er nog steeds sprake van een wereldwijde inertie in de aanpassing aan de klimaatverandering, met een gemengde reactie van de nationale regeringen. Meer dan de helft van de ondervraagde wereldsteden verwacht dat de klimaatverandering de volksgezondheidsinfrastructuur ernstig in gevaar zal brengen, hetzij direct, met extreme weersomstandigheden die cruciale diensten verstoren, hetzij indirect, door overbelasting van de bestaande diensten met een verhoogde ziektelast (indicator 2.2). 
  
Wereldwijd blijven de uitgaven voor aanpassing aan de klimaatverandering ver onder de 100 miljard dollar per jaar die in het kader van de Overeenkomst van Parijs is toegezegd. Binnen deze jaarlijkse uitgaven gaat slechts 3.8% van de totale ontwikkelingsuitgaven die via de formele mechanismen van het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering (UNFCCC) worden vastgelegd, naar de menselijke gezondheid (indicator 2.8). Deze lage investering in aanpassingsvermogen is in specifieke regio's van de wereld uitvergroot: Slechts 55% van de Afrikaanse landen voldoet aan de kernvereisten van de Internationale Gezondheidsregeling voor paraatheid voor een noodsituatie op het gebied van de volksgezondheid met meerdere gevaren (indicator 2.3).